Afzien is genieten – Jorus & Niels bikkelen in Midden-Frankrijk

2020 is voor ons allemaal een vreemd jaar, zo ook voor Jorus Bart en zijn vismaat Niels. Meermaals werden de plannen omgegooid, maar uiteindelijk weten ze in het najaar een fantastische trip te maken. In dit artikel nemen ze jullie mee naar de modderige Franse oevers waar er hardcore gevist moest worden om resultaten te scoren!


Jorus aan het woord: Afgelopen zomer hebben mijn vismaat Niels en ik plannen gemaakt voor een tiendaagse oktobertrip naar Frankrijk. Corona gooide (wederom) roet in het eten en de gebieden waar we heen wilden gaan zijn oranje verklaard door ome Mark. We besluiten andere wateren in gele gebieden te zoeken voor de eerste week, daarna zien we wel wat er op ons af zal komen…

De muur van Hoei

Zondagochtend begint onze trip. Eén van de weinige voordelen van Corona is toch wel dat het echt verdacht rustig is op de snelweg! We rijden naar een dertien kilometer lang meer in midden-Frankrijk. Het meer is overal maximaal tweehonderd meter breed, het heeft dus veel weg van een rivier. We weten er niets van, behalve dat er vijf jaar geleden een vis van dertig kilo is gevangen.

Door de langgerekte vorm lijkt dit meer haast op een rivier.

Avontuur is één van onze grootste drijfveren, dus we pompen snel onze boten op en laden alles in. Na een stukje varen komen we bij het begin van de nachtviszone, maar deze zint ons eigenlijk niet. Dit is te dichtbij de bootinlaat, hier vist vast iedereen. Het begint te regenen maar we besluiten verder te varen. Na een kilometer of vier, als we er he-le-maal klaar mee zijn, komen we eindelijk een mooie stek tegen. Hier moet ons avontuur beginnen!

De natuur op zijn best. Heerlijk!

We bevissen vanaf een landtong ieder een andere kant van het water. Niels plaats twee hengels in een kom in de luwte. Zijn andere twee hengels gaan tegen de overkant. Ik heb een recht stuk water voor me, twee hengels gaan naar links en twee naar rechts. We vissen tegen steile rotswanden die we omdopen tot de muur van Hoei.

De befaamde muur van Hoei.

Salure

Soms is het tien meter uit de kant al tien meter diep. De tactiek wordt daarop toegespitst: ik vis met 170 gram grippa’s en een simpele combi-rig.

Ik voer wat hoger dan het haakaas en gebruik veel halve boilies die niet weg kunnen rollen.

Deze laat ik zachtjes zakken op de steile muren tussen de vier en tien meter diepte, zodat het niet naar beneden rolt. Ik voer wat hoger dan het haakaas en gebruik veel halve boilies die niet weg kunnen rollen.

Een zware grippa met een combi-rig is het wapen van dienst.

Verder vis ik niet rechtdoor, maar zoveel mogelijk naar de zijkant. Ik zie tijdens tests dat de boilie met rig langzaam naar beneden rolt.

Deze units zorgden ervoor dat de montage niet naar beneden kon rollen.

Als ik recht naar de overkant zou vissen zou de boilie dus in theorie recht onder de hoofdlijn zitten. Geen goed idee, dus we vissen zoveel mogelijk ??zijwaarts’. Na twee nachten hebben we zes vissen gevangen. Geen grote, maar super gaaf dat de tactiek werkt en bovenal prachtige vissen op een bruut rots water!

De tactiek werpt zijn vruchten af!

??s Morgens horen we aan de overkant een fluit. Na een minuut of wat komen er een stuk of tien jachthonden huilend aangesprind. Ik schrik me een hoedje, maar na een uurtje zijn de honden weer verdwenen. Nog een uurtje later komt er zomaar eentje aangelopen. Die is zijn baasje kwijt!

De nieuwe visbuddy voor de komende nacht!

De hond besluit de nacht bij ons door te brengen en we dopen ??m om tot Salure. De volgende dag vertrekken we. We hebben elf vissen gevangen zonder echte uitschieters. We zijn de regen helemaal zat, dus het lijkt ons tijd voor het volgende water.

Stekdressuur

We zetten Salure af bij de plaatselijke vétérinaire en rijden vier uurtjes zuidwaarts. Het volgende water is 200 hectare groot met een eiland in het midden. Via Google Maps vind ik een weg die ons richting het eiland zou moeten leiden, we hoeven nog maar een paar honderd meter te varen. Eenmaal aangekomen valt de avond, dus we varen snel alles uit. Beide twee hengels in de eigen kant en twee hengels rondom het eiland.

Zouden op dit water ook zulke fraaie exemplaren huizen?

Na een koude nacht worden we uitgeslapen wakker. Geen piep gehad! De accu’s raken leeg dus ik roei naar de auto om een accu op te laden bij een camping. Niels pakt de andere boot en roeit een rondje door de zuidarm van het water. Bij terugkomst bespreken we het plan. Niels heeft leven gezien in een kommetje links van hem en helemaal achterin de zuidarm. We besluiten onze stek nog één nachtje de tijd te geven en daarna naar de zuidarm te verkassen.

Deze hield de boys ook goed warm! 😉

Niels plaatst wel een hengel in het kommetje links van hem. De kom is honderd meter rennen door een bos, door een stukje weiland, onder het prikkeldraad door en over de keien. Het levert een valpartij en twee vissen op, de rest van de hengels blijven stil. We balen ervan en besluiten de zuidarm te gaan bombarderen! 😉

Het eerste slachtoffer uit het beruchte kommetje.

Rondom het eiland zaten drie vissers en ook verderop zijn er drie bijgekomen. De Franse concurrentie is volgens ons te lui om een verre stek te zoeken, dus we hopen op wat minder hengeldruk in de zuidarm.

De diepte in

Aangekomen op de nieuwe stek krijgen we er allebei meer vertrouwen in. Bovendien is de zon voor het eerst in zes dagen gaan schijnen. Wat een weelde! We bevissen verschillende dieptes tot tien meter diepte en vangen meteen vier vissen. Ik hang m’n natte kleren buiten te drogen en pak er een Kronenburg bij. Heerlijk dat Franse leven!

Het Franse zonnetje zorgt binnen no-time voor droge kleding.

??s Nachts vangen we niets en de volgende ochtend krijg ik drie runs achter elkaar, allemaal tegen de bosrand aan de overkant. Ik voer wat meer en plaats de hengels wederom tegen de bosrand op een meter of zes diepte. ??s Middags vangt Niels gelukkig ook nog twee vissen bij.

De bosrand ademt karper…
…en dat bewijzen de vele runs ook!

Toch raar dat we overdag veel runs krijgen en ??s nachts niet. Het is najaar, het meer is relatief diep en de nachten zijn koud. De springlaag is daardoor vrij diep dus we durven met vier hengels een stuk dieper te gaan dan we normaal doen. Overdag vangen we vissen tussen de zes en acht meter. We vermoeden dat ze daar niet zitten in de nacht dus we plaatsen onze overige vier hengels tussen de tien en dertien meter diepte.

Een parel uit de diepte.

Ik vang niets maar Niels vangt twee pareltjes, waarvan eentje op dertien meter diepte. Zo diep hebben we nog nooit gevangen! Omdat het hier zó koud is geworden vannacht en we nog geen grote vis hebben gevangen besluiten we een nieuw water op te zoeken.

Op bakkenjacht

Na een regenachtige ??verkasdag’ arriveren we op het derde water. Aan het begin van het water zitten drie Fransen te vissen. Ze zijn zo vriendelijk om ons te midden van hun stek te water te laten. We kunnen zo naar de overkant varen, wat ons de mooiste stek lijkt. Eenmaal aangekomen geeft de dieptemeter overal drie meter aan.

De eerste vis van formaat is een feit!

Ondanks dat de avond valt, het waait en het regent besluiten we door te varen. Verderop is een steile klei kant. Afgaande op het diepteverloop boven water zal het daar onder water verder doorlopen dan drie meter. Deze aanname blijkt te kloppen. Het talud loopt gestaag omlaag en vijftig meter uit de kant gaat het de diepte in. We leggen beide twee hengels op dit talud, ik plaats er nog twee rechts om de hoek en Niels vist links tegen de punt. Moegestreden gaan we slapen.

Ja hoor, een vruchtbaar eerste nachtje zo!

Niet veel later worden we gewekt door de eerste aanbeet. Een kleine schub komt de binnenkant van het net bekijken. Later die nacht vangt Niels nog een kleine vis en een schub van zeventien kilo. De eerste vis van formaat! ’s Ochtends mag ik er eentje op zijn hengel vangen en met achttien kilo ben ik Niels zeer dankbaar. Tien minuten later loopt ook mijn hengel af en vang ik nog een kleine schub.

Wind op de kant is vis in de hand

De wind staat vol op onze kant en we geloven dat we hier een ander slag vis kunnen vangen dan we tot nu toe op hebben gevangen. Verspreid gaan er een tiental kilo’s gehalveerde boilies te water en gaandeweg krijgen we steeds meer runs.

Er wordt wat ruimer gevoerd om de vis aan het azen te houden.

Gesterkt door onze ervaring op het vorige water durven we alle hengels tussen de negen en dertien meter diepte te vissen. Bij een aanbeet glijden we regelmatig over de klei glijbaan naar beneden. Onderwater blijkt de bodem niet anders te zijn. Daarom vissen we met snowmans en wafters om ons haakaas niet te ver af te laten zinken in de klei. Om de vissen bezig te houden voeren we onze stekken regelmatig aan met de werppijp.

“Wind op de kant…”

Eens per dag vaar ik met de boot over het water om met een emmer overal wat tijgernoten, pinda’s en boilies te voeren. Verder komen we zo min mogelijk met de boot op het water om de rust te bewaren en werpen we onze rigs in.

De bewuste ‘kleibaan’. Een sprintje naar de hengels is niet zonder risico 😉

De tactiek werkt uitstekend en het loopt als een trein. Het levert ons een flink aantal vissen op. Heerlijk zo, dat vissen in Frankrijk!

Op het einde komt het áltijd goed

Na twee nachten zijn er links van Niels twee Fransen komen zitten. De aanbeten aan zijn kant lopen terug, aan mijn kant gaat het nog even door. Vooral mijn rechter hengel om de hoek gaat steeds beter lopen.

De rechterhengel begon echt goed te lopen…

Deze hengel ligt in een doorgang naar de lange kant van het water op tien meter diepte. Ik vang op de derde dag drie dertigers, waarvan de grootste 19,2 kg klokt. Ik kan mijn geluk niet op, het avontuur was er al maar na al dat harde werken zijn er nu ook vissen van een mooi formaat. Aan het einde komt het altijd goed!

De definitie van: “Hiervoor ga je naar Frankrijk!”.

Moe van de regen, nachtelijke aanbeten en snoeiharde wind besluiten we dat de vierde nacht onze laatste nacht zal worden. Onze vismaat Bas is gearriveerd om nog een nachtje mee te vissen. We voeren alle stekken nog eens stevig aan. ??s Avonds doen we een biertje en blijkt dat we het dood hebben gevoerd, Niels vangt nog een visje en voor de rest blijft het stil.

Bij zulke vissen horen inderdaad enkele biertjes! 😉

In stijl ruimen we alles op in de regen en keren we huiswaarts. Op de terugweg praten we nog wat na over ons avontuur. We zijn op elk water op de moeilijkst begaanbare stekken gaan vissen, wat ons veel vis opleverde. Nooit eerder hebben we op zulke steile en diepe taluds vis gevangen. Nooit eerder heb ik werpend drie dertigers op een dag gevangen.

Op naar nog meer avonturen!

We zijn blijven proberen en leren, maar we hebben vooral heel erg veel genoten!

Tight lines!

Jorus Bart


Interesse in nog meer Franse visverhalen? Surf dan naar onze Community!

Bekijk ook